Etna Zuid – Slecht weer
Nadat we de nacht hadden doorgebracht op een camping in Zafferana Etnea , reden we naar Catania om warmere kleren te kopen voor de beklimming van de Etna.
In de late namiddag reden we aan de zuidkant van de vulkaan tot 1900m boven de zeespiegel naar de Rifugio Sapienza. Van daaruit heb je een prachtig uitzicht op Catania en de zee. Vanwege de harde wind hebben wij en de andere kampeerders onze campers laat op de avond, op een tegen de wind beschutte plaats gezet.
Mist, hagel en nieuwe vrienden
De volgende ochtend was het zo stormachtig en mistig dat we onze geplande gondeltocht op de Etna hebben uitgesteld tot maandag. In plaats daarvan keken we naar de twee oudere kraters, Silvestri, die werden gevormd tijdens de uitbarsting van 1892. (Overigens was de laatste grote uitbarsting van de vulkaan in oktober 2021). We zagen niet zo veel, maar de sterke wind maakte de wandeling tot een bijzondere ervaring.
We parkeerden iets onder het station voor de volgende nacht en zondag. Daar ontmoetten we een heel aardig stel uit Hongarije dat met hun busje onderweg was. 🙂
Met de Unimog bus naar 2500m
Samen met Anna en Bernát gingen we de volgende dag weer naar boven. Hoewel we in onze camper heen en weer werden geschud in de nog steeds zeer sterke wind, hebben we het binnen gezellig gemaakt. Bernát kookte voor ons een heerlijk diner en we bewonderden het geweldige uitzicht op de stad beneden. In de nacht van zondag op maandag bleef het stormen en de volgende ochtend werden we zelfs wakker met een laagje sneeuw. 🙂
Vanwege het weer konden we niet met de gondel omhoog, maar gingen we met de Unimog van 1900m naar 2500m. Zelfs Lucie mocht mee. Op de top hoorden we dat het weer te gevaarlijk was om zonder gids verder te wandelen. Daarom hadden we echt geen andere keuze dan terug te wandelen naar het lagere station. We hebben echt genoten van de afdaling in de sneeuw en de wind, want deze keer hadden we een adembenemend uitzicht tot aan de zee. En Lucie vond de sneeuw prachtig. 🙂
Casa Sommersa di Lava
In de middag bezochten we een huis dat onder lava was bedolven en waarvan alleen het dak nog zichtbaar is. Daarna namen we afscheid van Anna en Bernát en gingen we terug naar de warmte in het dal.
Paternò – werkplek bij een speciale bron
We brachten de volgende werkweek door op een parkeerplaats net buiten Paternò. De plaatselijke bevolking kwam voortdurend met lege plastic flessen en jerrycans (soms zelfs met een hele aanhanger of kofferbak vol) en vulde water bij aan een van de vele kranen daar. Na twee dagen wilden we dit bijzondere water zelf proeven. Het smaakt echt goed en tintelt zelfs een beetje! Helaas vonden we geen informatie over deze bron, maar natuurlijk mineraalwater schijnt vaker voor te komen in de buurt van vulkanen.
De volgende stop…
We kregen de tip om Cefalù en de westkust van Sicilië te bezoeken. Daarom gaan we de komende dagen verder naar het westen. En hopelijk vinden we weer ergens een wasserette!